Zaterdagmiddag, UDG-Vriendenkring – Ons Genoegen 2-6
(Verslag Paul de Heus)
Achteraf een wedstrijd om des keizers baard. In theorie was er van tevoren nog van alles mogelijk: als UDG-Vriendenkring ruim zou winnen én in een nog te plannen wedstrijd Zenderstad zou verslaan, dan zouden de Utrechters kampioen zijn. Voor Ons Genoegen gold hetzelfde, winst nu en hopen op een ruime overwinning van UDG-Vriendenkring op Zenderstad, dan zouden de bordpunten beslissend zijn. Theoretisch gefilosofeer, en zeker toen ’s avonds duidelijk werd dat er van fysiek dammen in ieder geval tot half januari geen sprake zou zijn.
Jan Ongolesono speelde een agressieve partij tegen Arne van Mourik. Maar Jan had zijn verdediging niet op orde en dat werd hem fataal. Zijn voorpost was al snel onverdedigbaar en hij kon het opgeven toen een tweede schijf ging vallen.
Ook Ester van Muijen kon het niet bolwerken. Tegen Wouter Ludwig koos ze voor een omsingeling waarvan Wouter al snel de kwetsbaarheid aantoonde. Kort na de 30e zet moest Ester al een schijf inleveren en even daarna de partij.
Paul de Heus had het in de opening moeilijk tegen Alfons Ottink, maar enkele minder gelukkige beslissingen van Alfons (o.a. 20. 28×17?) zorgden ervoor dat Paul het zonder al te veel hoofdbrekens remise kon maken.
Dirk Bijkerk kreeg Cock van Wijk tegenover zich. In een klassieke partij had Dirk een te zware LV en Cock kampte met een tekort aan tempo’s. Op de 40e zet zag Cock zich geconfronteerd met een gratis doorbraak naar dam. Tot zijn geluk had hij zoveel terreinvoordeel dat winst niet gemakkelijk was voor Dirk. Op Toernooibase staat hoe Dirk toch had kunnen winnen met een verrassende combinatie. Nu werd in een lastige te beoordelen stand tot remise besloten.